Project Campus Middelburg
Bij Project Campus Middelburg zijn er 4.995 verhandelbare Obligaties ad. € 1.000 uitgegeven, in totaal € 4.995.000 voor een investering in vastgoed. Stichting Financiering Vastgoed (de Uitgevende Instelling) heeft het volledige bedrag van de uitgifte gebruikt om 1.998 Participaties A ad. € 2.500, in totaal € 4.995.000, aan te schaffen in ZIB Campus Middelburg C.V. (het Fonds).
Nadere informatie over de de investering
Het Fonds heeft met het bedrag van de Participaties A, tezamen met het overige kapitaal en een aanvullende hypothecaire financiering een vastgoedcomplex aangekocht. Dit bestaat uit een perceel van 11.311m2 aan de Poelendaelesingel 2-4-10 te Middelburg. Het complex omvat kantoorruimte van 3.500m2 met 70 parkeerplaatsen, waarvan 10 overdekt en een wooncomplex met 200 zelfstandige studentenwoningen (gemiddeld 24m2) en de daarbij horende voorzieningen met 25 parkeerplaatsen. Het vastgoed is recent gerenoveerd en geheel verhuurd.
Inschrijfperiode
De inschrijving voor dit project is op 30 september 2022 om 11.30 uur gesloten. Wilt u op de hoogte gehouden worden van nieuwe projecten? Meld u dan aan voor onze nieuwsbrief.
Online bijeenkomst terugkijken?
Op woensdag 28 september jl. heeft de online informatiebijeenkomst over project Campus Middelburg plaatsgevonden. Hierbij werd er meer informatie over project Campus Middelburg en het inschrijfproces bij ZIB gegeven. U kunt de bijeenkomst hier terugkijken.
Rentebetaling Obligaties
De rente bedraagt 5,0% per jaar en wordt berekend vanaf de datum dat de Obligaties worden uitgegeven. De rente wordt achteraf per kwartaal uitbetaald, op uiterlijk de 15e dag na afloop van het kwartaal. De eerste rentebetaling vindt plaats per uiterlijk 15 januari 2023.
Aflossing op de Obligaties
De verwachte looptijd van de Obligaties is circa 10 jaar. De aflossing op de Obligaties vindt 2 keer per jaar plaats, per juni en december. De eerste verwachte aflossingsdatum vindt plaats per 31 december 2023. Om voor de (gedeeltelijke) aflossing in aanmerking te komen, kunt u zich jaarlijks in mei en november aanmelden. Over de aflossing van de Obligaties leest u meer in het Informatie Memorandum.
Uitgifte Obligaties
De obligaties zijn op 31 oktober 2022 succesvol uitgegeven.
Iedere beslissing tot inschrijving en deelname moet zijn gebaseerd op de bestudering van het gehele Informatie Memorandum, de Algemene Voorwaarden en de Bijzondere Voorwaarden ZIB BO en de Obligatievoorwaarden. Wijzigingen voorbehouden.
Risico's
Het in dit Informatie Memorandum beschreven aanbod tot inschrijving en verwerving van Obligaties is bestemd voor Investeerders die een deel van hun totale beleggingsportefeuille wensen te beleggen in vastgoedproducten of producten die daaraan gerelateerd zijn. Het is in het algemeen belangrijk dat de Investeerder zich bewust is dat beleggen risico’s met zich meebrengt. Alleen met een goed inzicht in de risico’s die de rente en de waarde van de belegging kunnen beïnvloeden, kan de Investeerder een verantwoorde beleggingsbeslissing nemen.
Hieronder vindt u de meest belangrijke risico's. Alle risico's kunt u lezen in hoofdstuk 6 van het Informatie Memorandum.
Debiteurenrisico
Het debiteurenrisico is het risico dat één of beide huurders in betalingsproblemen komt/komen waardoor er een huurachterstand ontstaat en het Fonds haar verplichtingen niet kan nakomen. De inkomsten van het Fonds zijn volledig afhankelijk van de huurinkomsten van twee huurders, te weten PZEM N.V. en APV Housing Middelburg B.V. Indien één van deze huurders zijn verplichtingen aan het Fonds niet meer (volledig) kan betalen -bijvoorbeeld door gewijzigde marktomstandigheden, lagere resultaten, verslechterde solvabiliteit, opzegging kredietfaciliteiten of faillissement- zullen de inkomsten van het Fonds achterblijven bij de prognose. Hierdoor kan het Fonds genoodzaakt zijn de huurrelatie met de huurder te verbreken en kan de situatie zich voordoen dat er (tijdelijk) geen nieuwe huurder gevonden kan worden. Daarnaast heeft de huurovereenkomst met PZEM N.V. een looptijd tot 30 december 2029, korter dan de verwachte Looptijd van het Fonds. Mogelijk leidt het vinden van vervangende huurders tot hogere kosten voor het Fonds bijvoorbeeld doordat er extra kosten gemaakt moeten worden voor aanpassingen aan het Vastgoed om een nieuwe huurder/nieuwe huurders aan te trekken, of kan slechts tegen een lagere huuropbrengst een nieuwe huurovereenkomst worden gesloten. Hoe langer de leegstand aanhoudt des te groter zal de financiële impact zijn voor het Fonds. De situatie kan zich voordoen dat het Fonds dan niet, of niet volledig, de rendementsuitkeringen aan de Participanten en de inkoop van de Participaties kan voldoen. Ook kan het zich voordoen dat het Fonds niet aan haar verplichtingen onder de Hypothecaire Financiering kan voldoen, waardoor de bank(en) de bedongen zekerheden kunnen uitwinnen om zich op de opbrengsten daarvan te kunnen verhalen, waaronder het pandrecht op huurinkomsten en het hypotheekrecht op het Vastgoed. Hoewel na volledige aflossing van de Hypothecaire Financiering(en) een eventueel resterend executiesaldo toekomt aan het Fonds, zal het Fonds dan niet of niet volledig, de rendementsuitkeringen aan de Participanten en de inkoop van de Participaties kunnen voldoen.
De Uitgevende Instelling is financieel volledig afhankelijk van haar inkomsten uit het Fonds. Indien deze inkomsten afnemen heeft dit tot gevolg dat de Uitgevende Instelling niet, of niet volledig, aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouders kan voldoen.
Renterisico
In de cashflow-prognose van het Fonds is gerekend met een gewogen gemiddelde rekenrente van 4,06% op de verschillende leningdelen van de Hypothecaire Financiering over de eerste vijf jaar. Na afloop van de rentelooptijd van deze verschillende leningdelen is gerekend met een rekenrente van 5,50%. De rente op de Hypothecaire Financiering kan pas worden gefixeerd bij aanvang van het Fonds. De rentevast termijnen van de verschillende leningdelen zijn allemaal maximaal 60 maanden. De beoogde Looptijd van het Fonds bedraagt tien jaar. Het Fonds loopt derhalve een renterisico omdat de rente kan stijgen voor aanvang van het Fonds. Tevens kan na afloop van de rentelooptijd sprake zijn van een hoger rentepercentage. Door fluctuatie van de rente verschuldigd op de Hypothecaire Financiering(en) loopt het Fonds na 60 maanden een renterisico. Indien de rente uitstijgt boven de rekenrente in de cashflow-prognose van het Fonds kan de situatie zich voordoen dat de geprognosticeerde cashflow door het Fonds niet wordt gerealiseerd. De Uitgevende Instelling is financieel volledig afhankelijk van haar inkomsten uit het Fonds. Indien deze inkomsten afnemen heeft dit tot gevolg dat de Uitgevende Instelling niet, of niet volledig, aan haar betalingsverplichtingen jegens de Obligatiehouders kan voldoen.
Marktrisico
De waardeontwikkeling van vastgoed kan door marktomstandigheden veranderen bijvoorbeeld door een gewijzigde vraag naar en het aanbod van vastgoed maar ook als gevolg van een stijgende rente, een opleving van het Covid-19 virus of stijgende energieprijzen welke kunnen leiden tot negatieve economische ontwikkelingen. Het Vastgoed is voor een deel gefinancierd met een Hypothecaire Financiering. Negatieve waardeontwikkelingen kunnen hierdoor versterkt doorwerken in de resultaten van het Fonds. Bij een negatieve waardeontwikkeling ontstaat het risico dat het Fonds niet langer aan de overeengekomen financieringsratio’s voldoet waardoor de financier hogere aflossingen kan verlangen. Tevens kan als gevolg van een negatieve waardeontwikkeling een restwaarderisico ontstaan zoals in deze paragraaf nader omschreven. Als gevolg hiervan kan er een cashflow tekort ontstaan bij het Fonds waardoor het Fonds niet in staat zal zijn om aan haar verplichtingen jegens de Uitgevende Instelling te voldoen. De Obligatiehouders lopen het risico een lager rendement te realiseren dan beoogd dan wel dat zij hun inleg geheel of gedeeltelijk verliezen.